Depressie komt vaker voor bij vrouwen. Aan de hand van het boek ‘Het vrouwenbrein’ van Iris Sommer wordt de oorzaak van deze ‘vrouwenaandoening’ verklaard.
Depressie bij vrouwen
Het is bekend dat vrouwen kwetsbaarder zijn voor een depressie (Bron: depressie.nl) dan mannen. De cijfers zijn niet mals: vrouwen krijgen hier in hun leven twee keer zo vaak mee te maken dan mannen (Bron: depressie.nl). Ik vraag mij af waarom vrouwen kwetsbaarder voor depressies zijn dan mannen. Is het genetisch bepaald of heeft de omgeving invloed? Is het cultuurgebonden of zijn de hersenen de oorzaak? Is het hoe de maatschappij is ingericht op vrouwen of is de mannelijke benadering van de geneeskunde de oorzaak? Tal van vragen zijn te verzinnen over waarom vrouwen hier nou gevoeliger voor zijn. Als iemand die een hoog rechtvaardigheidsgevoel heeft, ga ik op onderzoek uit om te achterhalen hoe dit kan.
‘Het vrouwenbrein’
Iris Sommer heeft in 2020 een boek uitgebracht ‘Het vrouwenbrein’. Zij is hoogleraar psychiatrie verbonden aan het Universitair Medisch Centrum Groningen. Hierin ben ik op zoek gegaan naar meer informatie over depressie bij vrouwen.
Daar waar het boek vooral het verschil tussen het vrouwenbrein en mannenbrein, zoals gewicht, grootte, opbouw en IQ, uiteenzet, geeft het ook informatie over verschillende soorten kwetsbaarheden en risico’s op aandoeningen van deze twee soorten breinen. In dit artikel destilleer ik de informatie uit dit boek dat verklaart waarom vrouwen vatbaarder zijn voor depressies en wat het vrouw-zijn daar mee te maken heeft.
Een opvallend en zorgelijk weetje dat in de inleiding van haar boek al naar voren komt is dat een depressie, zoals bij elke psychiatrische aandoening, zorgt voor de afbraak van hersenen, al is het maar enkele procenten, en verstandelijke vermogens beperkt.


Depressie verklaard aan de hand van het brein
Iris stelt dat depressie de meest voorkomende psychiatrische aandoening is. Een bekend getal is dat 20% van de mensen ooit een depressie doormaakt in zijn leven en de man-vrouw verhouding gemiddeld één op twee is, net zoals bij angststoornissen.
Vrouwen blijken al op heel vroege leeftijd gevoeliger voor depressie, dus ook als de geslachtshormonen in het lichaam nog niet zo hoog zijn. In de tienerjaren wordt het verschil tussen mannen en vrouwen zelfs groter, namelijk één op drie. Vrouwen zijn ook gevoeliger om een depressie op te lopen tijdens de postpartum periode en menopauze. Op deze momenten zijn minder vrouwelijke hormonen oestrogenen genaamd aanwezig in het lichaam. In de laatste levensfase hebben mannen meer kans om een depressie te ontwikkelen.
Vrouwelijke genen
Het verschil in chromosomen tussen mannen en vrouwen zou invloed hebben op de mate waarin vrouwen kwetsbaarder zijn voor een depressie. Het gen Sry op het Y-chromosoom bij mannen heeft directe stimulerende invloed op het gebied in de hersenen waar de aanmaak van dopamine, serotonine en noradrenaline plaatsvindt. Vrouwen hebben dit gen niet en missen dus deze activerende en opwekkende invloed voor respectievelijk beloning, geluk en stressregulatie.
Op het X-chromosoom ligt het gen NLGN4-X dat verantwoordelijk is voor de afbraak van deze activerende stoffen. Vrouwen hebben twee X-chromosomen en dus twee keer zo veel van dit gen die de afbraak stimuleert. Hierdoor wordt dus onder andere de serotonineaanmaak extra geremd bij vrouwen.
Vrouwelijke geslachtshormonen, stress en persoonlijkheid
Oestrogenen remmen en testosteron, het mannelijke hormoon, stimuleert de invloed van dopamine, serotonine en noradrenaline. Door deze twee verschillen tussen mannen en vrouwen kan aangenomen worden dat het risico op angst, zwaarmoedigheid en somberheid bij vrouwen groter is dan bij mannen. Voor hen is er minder serotonine beschikbaar.
Onder de invloed van stress is dit verschil in beschikbaarheid van serotonine bij vrouwen nog lager dan bij mannen. Zij hebben een ander stresssysteem. Stress zorgt ervoor dat het voorloper stofje van serotonine, tryptofaan, bij hen eerder wordt omgezet is kynureninezuur dan in serotonine. Dit zuur simuleert de immuunrespons.
De persoonlijkheid is afhankelijk van erfelijkheid, omgeving en hormonen. De invloed van geslachtshormonen op de persoonlijkheid en denkvermogen van vrouwen maakt hen gevoeliger voor piekeraandoeningen, zoals depressie. Vrouwen zijn door hun hormonen namelijk van nature neurotischer en minder egoïstisch van aard
Verschil in kwetsbaarheden en verloop van depressie
Als oorzaak grijpt Iris ook terug op traumatische ervaringen in de kindertijd. Zij ziet een verband tussen traumatische ervaringen tot een leeftijd van 6 jaar en een verminderd vertrouwen in de medemens, veranderingen in het stress- en immuunsysteem, maar ook in de hersenen. Dat geldt voor zowel jongens als meisjes, maar is verschillend tussen en geeft beide geslachten andere kwetsbaarheden. Bij meisjes stijgt de kans op internaliserende kwetsbaarheden, zoals depressie, angst, anorexia, laag zelfbeeld en suïcidale gedachten. Bij mannen zijn dat vooral externaliserende kwetsbaarheden, zoals agressie, middelenmisbruik en criminaliteit.
Ook wordt in het boek duidelijk dat niet alleen vrouwen vaker aan een depressie lijden, maar ook het verloop van deze aandoening anders is dan bij mannen. Mannen laten namelijk vaker het algemene beeld van een depressie zien, zoals somberheid, lusteloosheid, geen eetlust, slechte nachtrust en daling in gewicht. Bij vrouwen is vaker een minder typisch beeld te zien: heel gevoelig zijn voor kritiek, meer eten en veel slapen.
Verband depressie en andere hersenaandoeningen
Mannen hebben daarentegen weer eerder kans op andere hersenaandoeningen, namelijk autisme, ADHD, Schizofrenie, het Syndroom van Gilles de la Tourette, de ziekte van Parkinson en de spierziekte ALS
Stof tot nadenken
Geneeskunde
Iris pleit er voor meer onderzoek te doen naar en betere behandelplannen op te stellen voor hersenaandoeningen en ziekten bij vrouwen. Zij hebben vaak andere symptomen, het ziekteverloop is anders en wordt daarom gemist of later opgemerkt, hun lichaam reageert anders op geneesmiddelen en in de leerboeken wordt ook niet (genoeg) gesproken over het verschil tussen mannen en vrouwen op deze punten. Tevens zou ook meer aandacht kunnen worden gegeven aan vrouw specifieke aandoeningen, zoals problemen die ontstaan tijdens de menopauze en het effect hiervan op de hersenen.
Maatschappij
Zij stipt tevens aan dat ons gedrag en hoe er op ons wordt gereageerd voor een belangrijk deel wordt bepaald door de genderrol. Dit draagt bij tot een verschil in ontwikkeling en het vormen van identiteit tussen jongens en meisjes, hun kijk op de wereld en leidt tot een sterkt verschil in bepalen van ambities en hoe zij zichzelf inschatten. Het genderpatroon wordt geïnternaliseerd en we zijn geneigd om ons daar naar te gedragen. Dit heeft effect op onze ouderrol, carrièrewensen, ambities en diversiteit en gelijkwaardigheid in het bedrijfsleven. Ook de verdeling en verlofregelingen van moeders en vaders spelen hierbij een versterkende rol. Iris is ook voorstander van (het stimuleren van) meer ruimte in gender en onze denkbeelden hierover. De focus verleggen van (de) gender(rol) naar de eigenheid van het kind is een wenselijk resultaat.
Is depressie een vrouwenziekte?
Ja en Nee
Ja, vrouwen lopen een groter risico om een depressie op te lopen in hun leven. Dat begint al op heel jonge leeftijd. Tijdens de adolescentie is de kans zelfs drie keer zo groot!
én
Nee, ook mannen kunnen een depressie oplopen. Al hebben zij gemiddeld wel een twee keer zo’n kleinere kans hierop (met uitzondering van de laatste levensfase, zeker na het overlijden van hun partner).


Waarom komt depressie vaker voor bij vrouwen?
Dit artikel is gebaseerd op de inhoud en informatie uit het boek ‘Het vrouwenbrein’ van Iris Sommer onder andere te koop bij bol.com.
FREEYA is aangemeld als partner van bol.com. Voor aankopen via deze website ontvangt FREEYA een commissie. Zo ondersteun je FREEYA’s schrijfkunst en andere activiteiten.